Dag 47 – Terugblik

Na een koude nacht (vorst op de grond en ijs op het tentdoek) ben ik blij dat het weer licht begint te worden, zodat ik weer in beweging kan komen (en warm zal worden). En wat voor licht! Deze dag kan niet meer stuk. Wat niet wil zeggen dat alles van een leien dakkie gaat. Dagen achtereen zo’n 60 km afleggen, het blijft een opgave en geen meter is hier gratis, ik huppel echt niet naar het einde (hooguit van binnen natuurlijk), zo werkt het simpelweg niet.

Eerst schijnt de zon, dan schuift er een urenlange wolk voor, daarna waait het en tenslotte gaat het hozen. Ondertussen is het landschap nog steeds desolaat, weids, hier en daar in de verte een markante berg. Andere mensen spreek ik niet, winkels laat staan pubs, liggen niet op mijn route. Dit alles heeft wel wat. Niet de grandeur van de ware Highlands, maar toch, ik had dit niet willen missen, het is gewoon de opmaat naar de finish.

De wulp met zijn lange kromsnavel is vandaag vogel-van-de-dag, heeft ook alweer zo’n roep als een liedje.

Aan het begin van de middag maak ik een klein houtvuurtje voor koffie, de zon schijnt op z’n Schots dus ik heb m’n donsjackje erbij aan. Dit rommelen met knapperdode twijgjes, vlammetjes, rook, een zwartgeblakerd kookpotje en die fantastische houtvuurgeur (ik stel voor: in een flesje ermee, dagelijkse parfum voor als we niet buiten zijn…) – dit is het summum van buitenzijn. De rugzak onder handbereik, de voeten gestrekt – ik ga zo heus weer verder maar nu even niet!

De weidsheid is hier bruin, veel hei, veel veenmoeras. Alle gelegenheid om in die loopuren mijn gedachten terug te laten rennen, terug naar het begin. Ik spoel de hele film nog eens af, van Lands End (10 pond voor een foto bij DE paal, ja echt – toch benieuwd of die straks bij John O’ Groats gratis is…) via die sublieme Southwest Coast trail door Cornwall met z’n verleidelijke clotted cream, het vriendelijke Offa’s Dyke Path, mijn geliefde-gehate Public Footpaths door Shropshire en Staffordshire, de niet zo prachtige Pennine Way, Cumbria en het altijd-weer-adembenemende Lakedistrict, de niet overal zo historische Hadrian’s Wall, de rustige Southern Uplandway, de drukke West Highland Way, de grandioze wildwest van Knoydart & Wester Ross en tenslotte de stille veenheuvels van noordoost Sutherland. Bij dit alles voel ik inmiddels het landschap diep van binnen. Dat hebben mijn voeten gedaan. Dankzij mijn voeten kan ik echt goed kijken. Haha, maar dit is helemaal geen geintje. Zo langzaam als je benen reizen, ook al rennen die benen, dat verbindt je ten diepste met de aarde – je moet wel want haar grillen zijn te groot dus wie niet buigt die breekt daarbuiten en zoiets maakt veerkrachtig. De Schotse dichter Nan Shephard schreef dat je een berg pas echt kent, wanneer je er ook op hebt geslapen. Ik zou daaraan toe willen voegen dat je de natuur pas echt leert kennen als je er op eigen benen doorheen reist, soms weg van de gebaande paden en in elk geval bivakkerend. Want hoe anders zou deze avond aan Loch Meadie (bij Strathmore) zijn als ik een deur dicht deed, onder een warme douche stapte en aanschoof aan een tafel? Niet dat ik van zulke zaken vies ben. Eh, ik ben best wel vies op dit moment, dat wel voor alle duidelijkheid. Maar die luxe zaken leiden me af. Dat mag, later, een andere keer. Nu wil ik alleen maar hierbuiten zijn, de regen zachtjes op het tentdoek horen, de koekoek verderop, het lekker warm hebben in mijn donsjackje en een potje water koken voor het laatste avondmaal. Noodles met bifi, zoals altijd. Tevreden zijn met weinig, dat hoort nou eenmaal bij wildkamperen. En dat weinig des te meer wordt, is ook precies wat ultralopen kenmerkt. Zo komt alles samen.

Ik heb weliswaar een beetje Oud-en-Nieuw-gevoel vandaag – vandaar ook die terugblik en zo hier en daar een overdenkinkje – maar de champagne bewaar ik voor morgen. Er is tenslotte maar 1 finish en al is John O’ Groats slechts een baken, net als Lands End, het markeert toch het einde van de reis. Daar zal morgen samen met Frank, op geklonken worden (geef toe: een fles champagne plus glazen vooraf thuis al in de auto stoppen, is dat zelfvertrouwen of niet?!)

Het eind nadert. Nog 1 nachtje bivakslapen (hopelijk niet weer zo koud), nog 1 keer om 04.30 uur opstaan en nog 1x 60 km rennen (morgen alleen maar over wegen, dat kan niet veel anders).

Het eind! Hoera. Want laten we nou vooral wel eerlijk blijven: het wordt na 7 in plaats van de geplande 6 weken, toch hoog tijd Schotland te verlaten?! (Voor wie het nog niet weet: het is juni dus… de midges are coming!)

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht