Dat typisch noordelijke, ietwat kruidige geurtje. Meteen als ik Kiruna inadem, ruik ik het. Een combinatie van berken en veenmoeras, zo roken grote delen van Canada ook. Mocht ik vrijheid een geur geven, dan was het deze.
Het vliegtuig had vertraging. Als ik de trein naar Abisko nog maar haal. Ik heb haast! In de versnelling! Hup, die taxi in. “Til järnvägstationen, vær så god!” Maar al wat over het spoor langs boemelt, zijn eindeloze rijen verroeste laadbakken, met en zonder ijzererts. Geen trein naar Abisko. Nóg niet in elk geval. Dat duurt nog ruim twee uur. En de aangekondigde vertraging wordt pakweg elk kwartier naar boven bijgesteld. Ach ja. Ik ben in Lapland. Daar tikt de tijd net even anders. Doet me eraan denken dat ik iets moet met dat fenomeen haast. Loslaten bijvoorbeeld? De boel meer nemen zoals het komt? Met mijn eerste meters Kungsleden morgenochtend in ‘t vooruitzicht geen gek idee.
Eind 19e eeuw is dit 450 km langeafstandspad dwars door Lapland ontwikkeld door de Zweedse toeristenbond, die daarmee werkelijk een knap staaltje leverde, want de natuur waar het pad van noord naar zuid doorheen slingert, is weergaloos. Zowel een hele rits nationale parken (Abisko, Stora Sjöfallet, Sarek, Pieljekaise) als natuurreservaten met oerbossen worden gepasseerd (Kvikkjokk-Kabla, Pärlälvens, Vindelfjällen). Met steeds een andere berghut op een dag wandelen. Om de zoveel dagen zelfs een hut waar proviand te koop is. En als je niet wandelt maar rent, zelfs meerdere hutten per dag!
Zo’n langeafstandspad is natuurlijk nooit bedoeld om haast te hebben. Aan mij dan ook de dubieuze taak hier hard te lopen zonder haast. Natuurlijk, er zijn prachtige races waar ik maar al te graag gehaast ben of word – maar in essentie kan dat niet de bedoeling zijn van hardlopen. Ik bedoel, zo’n pad boven de Poolcirkel is toch essentie in optima forma? Bosbessen, berken en bergmeren. Daar zal het om gaan, de komende tijd. Nou ja, en om alles daartussen. Doorgaan, blijven rennen, in gestaag tempo maar zonder haast. Zou het lukken? Dat ik niet voorbij die bosbessen sjees. Dat ik wel dat meer in duik. Dat ik na afloop niet ga zeggen dat ik niks gezien heb. Hardlopen zonder haast – als avontuur – benadert vrijheid, lichtvoetige vrijheid als dat vogelgevoel van Joss Naylor. In theorie dan. Want de praktijk, die zal weerbarstiger zijn. Met mijn poten in de bagger, mijn kop in de storm en de boel daartussen hevig dooreen gerammeld plus dodelijk vermoeid, zal diezelfde vrijheid toch stukken minder romantisch voelen. Maar dat geeft niet. Integendeel.
En daar benadert het hele idee van deze reis eenzelfde tegenstrijdigheid als die rennen-zonder-haast gedachte: namelijk dat niet-zo-lekkere-momenten af en toe best wel lekker zijn. Je hebt ze nodig, zeg maar. Word je groot van, schijnt. Zoals van een in-en-in Zweeds broodje-bal in de uiteindelijk toch nog gearriveerde trein naar Abisko. Broodje bal – dat klinkt natuurlijk niet, maar zoiets heet in Zweden gelukkig “köttkaker”. Smaakt dan toch ineens veel beter.
Laat een reactie achter
Velden met een * zijn verplicht
Hoi Jolanda,
Ik wens je heel veel plezier! Doe de veelvraten de groeten van me 😉 En wat me nog wel fascineert, wat eet je op een gemiddelde dag? En als je niet kookt zoals je schrijft, word je daar niet vreselijk gammel van op een gegeven moment (of is dat projectie?)
Met vriendelijke groeten,
Aaldrik Pot