Rond middernacht rijd ik de brug naar Svinøya over, parkeer de auto en sjok naar ‘mijn’ rorbu. Kijk in een automatisme toch nog even over mijn schouder omhoog, richting noorden. Wát?! Groen!!! Razendsnel schuif ik het statief weer uit (had ‘m al ingeklapt, ik was klaar, het was over en uit, morgenochtend terug naar huis en nu eerst slapen…) en een paar tellen later sta ik aan de kade, neem alle strooilicht maar voor lief want dit is een fantastische afscheidszoen, dat is zonneklaar. Echt maar een minuutje licht het poollicht op, zwiert hoog boven Svolvaergeita en de haven, zwaait ten afscheid en verdwijnt in de nacht. Niet in de duisternis, want die heb je hier in Svolvaer in zekere zin natuurlijk niet met al die lampen. Zo grappig: zoek je de zwarte duisternis op in afwachting van het noorderlicht en als je alles al opgegeven hebt (nou ja, bepaald gelukkig trouwens met wat ik in die duisternis allemaal wél gezien heb…) en temidden van de felste lampen naar je bedje strompelt… vertoont zich hare majesteit in al haar magie!
Wat is zo’n fotocamera dan toch een geweldig apparaat. Daarmee leg ik in een seconde of 15 toch maar mooi een brok eeuwigheid vast – of nou ja, niets vergankelijker dan het heelal maar voor mij als mier-op-aarde lijkt het in elk geval toch best behoorlijk eeuwig. Die camera is mijn verbinding met de wereld. Ja, ik sla werkelijk een beetje door hier op de kade van Svinøya – maar hoe kan het ook anders na zúlke dagen én nachten, na zoveel mazzel (en een beetje discipline). Dankjewel, Aurora Borealis. Dat je me een glimp gegeven hebt van meer. Van heel veel meer.
Laat een reactie achter
Velden met een * zijn verplicht
Ik heb genoten van je verslagen en ook heel erg van je foto’s.
We hopen het Noorderlicht ook nog te zien de komende weken.
Goede thuisreis gewenst,
Groet,
Francis