SONG OF THE SEA – 02. TERREINVERKENNING GROENLAND

Het is eind augustus 2019, wanneer ik – vooralsnog zonder Frank en zonder kajak – naar Groenland reis. Met het doel om alvast wat ‘terrein te verkennen’ voor later, als onze kajak-expeditie van start gaat. De reden dat Frank nu niet mee reist, is vanwege onze kleine dierbare vriend, Herschel. Hij is op dat moment nog bij ons – en inmiddels op zo’n leeftijd dat reizen hem geen plezier verschaft. 

Het plan is om alvast te kijken of we – als het later zover is – daar ter plekke onze kajaks kunnen bouwen. Want dat lijkt ons het mooist: daar waar de kajak zijn roots heeft, zelf opnieuw twee traditionele kajaks bouwen, daarmee dan onze expeditie beleven en tenslotte die kajaks schenken aan de locals die ons hopelijk bij de bouw ervan wat willen helpen. (Want heen en weer gesleep via containers in schepen of via de lucht, hetzij van onze kajaks van Nederland naar Groenland, of van die nog te maken exemplaren van Groenland naar Nederland, dat het lijkt ons te prijzig gesleep).

Maar ‘alleen’ naar Groenland reizen om wat te praten en rond te kijken in een klein stadje, dat gaat me niet lukken… Ik móet ook ‘even’ echt de natuur en de stilte snuiven. Dus besluit ik om vanaf de luchthaven in een kleine twee weken door de bergen naar het bewuste stadje toe te lopen…

Of nou ja, lopen is misschien niet het juiste woord. Strompelen over grote steenblokken, struikelen tussen dichtbegroeide wilgenstruiken, klauteren over gladgeslepen rotsen. Zuchtend onder een zware rugzak, mijn ene been voor het andere zwaaiend. En toch, dit mag dan misschien geen wandelen heten, maar ik wil absoluut hier en nergens anders dan hier zijn. Hoeveel dichter bij geluk kun je komen?

Zodra ik vanaf de luchthaven vertrok, tentje mee en voldoende eten in mijn rugzak, was dat gevoel er al. Alsof je ineens heel diep ademhalen kunt, en mág. Natuur in het kwadraat om me heen. Eindelijk.

‘Waarom alleen? Ben je niet bang in de kou? Is het daarboven in de bergen niet eenzaam?’ 

Het lijken vragen maar toch voelen ze als oordelen. We kijken elkaar aan, twee vrouwen, twee werelden. Zij met haar echtgenoot, rolkoffer en de naam van het hostel voor vannacht op een briefje in haar hand. Ik met nu al een verwaaide kop, met die overladen rugzak en zonder idee hoe mijn eerstvolgende slaapplek heet. Haar of mijn wereld, het een is niet beter dan het andere. Het is meer haar niet-weten-maar-wel-invullen, wat me raakt. Dat maakt dat ik zou willen zeggen: maar kijk dan! Naar de wind en de rotsen. Kleine bloemen groeien daar, bessen. De poolvos is er en de sneeuwhaas. Maar ik zeg niks en neem me voor straks al mijn energie in het fotograferen te stoppen. Die beelden blaas ik dan vanuit mijn tenthol via haar hotelraam zo naar binnen. Wie weet droomt ze dan van het spel van de sneeuwhaas in de arctische zon.

De poolgebieden op aarde zijn gehuld in een aureool van onherbergzaamheid. Alles hier ademt oer. Grootsheid. En het is gek, maar dat gevoel dat je zelf temidden van zoveel grandeur ineenschrompelt tot een nietig stofje, dat geeft me een niet-uit-te-leggen maar oh-zo-verslavend gevoel. Het heeft iets te maken met die tijdloosheid. Dat grotere perspectief. Ik zit aan een fjord, de zee is kalm en de avond valt. De horizon die ik hier zie is door zovele onbekenden vóór mij ook gezien, Vikingen die hier een tijdlang gewoond hebben, Inuit daar weer voor en nu nog steeds. In dat historisch perspectief verschijnt de mens onmiskenbaar als onderdeel binnen een veel groter geheel van levende wezens, op land zowel als in zee, een geheel waarvan alle onderdelen op de een of andere manier gelinkt zijn, van elkaar afhankelijk. 

Het is me ineens zo duidelijk: de natuur is onze speeltuin niet. Of onze inkomstenbron. Ze is onze adem. Misschien is dat waarom Groenland trekt. Of al die plekken waar natuur zich met hoofdletters schrijft. Omdat ‘normaal’ verandert. In ons dagelijks leven houden we natuur op afstand. Hierbuiten, alleen, met rotsen aan de ene kant en zee aan de andere, voel ik me er niet langer van afgescheiden. 

Het is hier zo stil dat je een walvis hoort ademen. En de adem van een walvis zou zelfs Mozart, Bach én Beethoven tot vertwijfeling gebracht hebben. Die symphonie. Niet na te maken. Urenlang zit ik bij de oever naar het zeewater te staren. Te luisteren. En zoals tijdens de kajakbouw in Noorwegen dat kleine zaadje geplant is van het willen-leren-kajakvaren, zo moet hier langs de Groenlandse kust de liefde voor de zee zijn begin gevonden hebben. Kan niet anders. 

De overgang na die dagenlange, haast serene loopstilte, ineens middenin een levendig Inuitstadje aan te komen, is groot. Groter dan me lief is. Gek, want deze plek was mijn eigenlijke doel. Maar ik moet zo wennen aan slaapplekken-vol-herrie, aan me een-vreemdeling-voelen. Ineens gaat niets meer vanzelf. Ik moet proberen een afspraak te maken met iemand van de plaatselijke kajakclub. Dat gaat zomaar niet. Via via vragend kom ik verder, maar de een is op vakantie, de ander heeft geen tijd, een derde weet het nog niet, en zo spreek ik tenslotte toch iemand die denkt dat wij wel van de clubschuur gebruik kunnen maken om onze kajaks te bouwen. En materiaal? Ja, dat is te koop bij de bouwhandel. Dus loop ik naar de bouwhandel, want al rijden hier auto’s rond, die kunnen het stadje nooit uit want er zijn geen wegen buiten deze huizen, alles is beloopbaar dichtbij. De bouwmarkt heeft inderdaad ruim 5 meter lang hout voor de kiel, de zij- en de deklijsten en meer van wat ik op het boodschappenlijstje heb staan dat we thuis opgesteld hadden. Maar of dat er tegen die tijd ook nog is? ‘Meestal wel’, begrijp ik. 

Maar ik begrijp ook dat de voorraad hier eens per jaar via een vrachtschip aangevuld wordt. 

Best een gok…

De kajaks van de locals worden goed gebruikt!

5 Comments on SONG OF THE SEA – 02. TERREINVERKENNING GROENLAND

  • Olav zegt:
    10 augustus 2020 om 09:39 uur

    Hi Jolanda,super mooi weer,mooi omschreven…. het geeft het precies weer hoe mooi het daar is. Hopelijk kan ik ook volgend jaar weer naar Groenland terug,hartelijke groeten Olav

    Beantwoorden

  • Dirk martijn de gier zegt:
    10 augustus 2020 om 13:09 uur

    wat ben jij een levensgenieter. De bouw gaat zeker lukken!!! Succes we verheugen ons op het verslag ervan. Liefs Dirk en Martijn

    Beantwoorden

  • Ria van Dijk zegt:
    10 augustus 2020 om 19:15 uur

    Heel veel succes en ik heb al genoten van deze beelden. Groetjes, Ria van Dijk.

    Beantwoorden

  • Anja van den Biggelaar zegt:
    11 augustus 2020 om 20:59 uur

    Wat ´n genot wederom om naar de prachtige beelden te kijken en je verhaal te lezen. Zo puur.

    Beantwoorden

  • Caro zegt:
    16 augustus 2020 om 16:07 uur

    Prachtig! Schitterend! Bemoedigend!

    Beantwoorden

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht