SONG OF THE SEA – 03. IMAAQAA

‘Imaaqaa’ is Groenlands voor ‘het zou kunnen, wellicht, maar misschien ook niet, het hangt ervan af en hé, kom op, hang niet zo vast aan al die zogenaamde zekerheden van je: verandering is de kern van leven – met onzekerheid moet je leren leven – of je nou wilt of niet!’ Toen ik dit begrip de eerste keer tegenkwam, dacht ik: logisch, lesson learned, ik ga erop letten. Maar de praktijk van imaaqaa bleek toch iets robuuster…

Vol vertrouwen begon Frank (met hulp van mij waar het geen kwaad kon) in de herfst van 2019 aan de bouw van skin-on-frame kajak nr 2 – die we op mijn maat maakten. Deze keer zonder wakend oog van een leermeester, thuis in onze krappe schuur. Want inmiddels was duidelijk geworden dat ook ik van zo’n bloedmooie zelfgebouwde, supersmalle kajak droomde. Konden we mooi trainen en oefenen voor onze Groenlandreis in de bootjes die we ook daar wilden gebruiken. 

Eh, dat wil zeggen: op Groenland was het plan dus om ter plekke wéér 2 andere bootjes te bouwen (meer contact met de locals én een originelere start, zo redeneerden we), maar omdat zo’n Groenlandse kajak toch wel de nodige skills vraagt, wilden we daar in Nederland eerst ruime ervaring mee opbouwen. En na het bouwen van twee kajaks zouden we het bouwen onderhand wel in de vingers hebben…

Aan imaaqaa weidde ik geen gedachte meer. Vol energie, plannen en doelgerichtheid. Wat mooi is, heel mooi. Maar ook een tikje gevaarlijk. Ik weet niet – nog niet – hoe de Groenlanders dat doen, maar leven aan de ijskoude rafelrand van het landijs zal naast de nodige doorzetting misschien ook een portie acceptatie in je genen etsen.

Nietsvermoedend stoomden we spantjes met behulp van een geïmproviseerde stoommachine (fluitketel op electrisch kookplaatje onder een aan de bovenzijde afgesloten PVC-buis vol houtlatjes), maakten tientallen houtsjorringen en plaatsten een kleine honderd deuveltjes. Eind maart 2020 voltooiden we het inmiddels schitterende houten frame door het canvas erover te naaien en na wat verfbeurten was het begin mei dan eindelijk zo ver. 

Met beide skin-on-frames naar de waterzijde. Daarbij ontdekten we gelijk dat deze flexibele bootjes zich niet zo best op een autodak laten vast zetten (dat vertelt ook niemand je als je ze maakt). Voor het allereerst lagen daar dan beide exemplaren naast elkaar in het gras (dat krijg je in een te krappe werkplaats – je ziet ze nooit samen). Hé, da’s raar?

“De jouwe klopt niet, Frank.” 

Een onzinnige opmerking – want Frank had kort na de kajakbouwcursus in Noorwegen al in zijn kajak gevaren en die voer uitstekend – maar heel even was dat werkelijk wat ik dacht. Want hoé kon dit ranke tweede exemplaartje, waar we zó nauwgezet een half jaar aan gewerkt hadden, nou niet kloppen? Feit was dat mijn kuip exact in het midden van de kajak zat en die van Frank toch echt een stuk achter de ‘centerline’. “Nou, oké, dat is dan maar zo”, hoopte ik tegen beter weten in. Soms moet je iets wat je niet wenst gewoon negeren. Hup, in het water ermee. 

Maar zelfs in de 40 cm ondiepe prutsloot bij het Kerkemeertje in Akersloot kon ik mijn kajak niet gestabiliseerd krijgen. Het was één grote trilmachine die alle kanten op wiebelde met mij als steeds wanhopiger wordende ballast. Ook Frank wurmde zich even in de smalle kuip. Met hetzelfde resultaat. Gedesillusioneerd, de tranen nabij, zaten we daar op de oever, naast onze beide skin-on-frames.

Frank: “Ik maak het canvas weer open, haal er een paar spantjes af, verplaats die kuip en dan fixen we het canvas en de rest.”

Jolanda: “Ja, ooit. Maar voor nu is het klaar. Ik ben er kláár mee. Weer weken werk! Het wordt mooi weer, we zouden nu moeten kajakken in plaats van alweer bouwen.”

Stilte. Slikken. Dan, schoorvoetend, Frank: “Dan heb je de hele zomer geen kajak…”

De teleurstelling is op dat moment zó overheersend groot dat ik het liefst iets fijn wil malen, onder mijn voetzolen, en ik flap eruit “Ach, wat! Ik stap nooit meer in een kajak! Ik stop ermee.” Ik denk aan mijn packraftje, aan onze vloot Canadese kano’s. Dat is toch ook prima. Zonder kajak kan ik ook verder leven. Alleen, er klopt iets niet. Want waarom ben ik dan zo allemachtig verdrietig? Waarom voelt het als een dierbare vriend, als een droom die uiteen spat? 

Het wordt avond. Het wordt nacht. Als de zon dan tenslotte opnieuw opkomt, onvermoeid en onverbiddelijk, hebben we imaaqaa in de ogen gezien. En het plan bijgesteld. Ik las ooit – ben vergeten waar – iets over jezelf en je plannen niet al te serieus nemen. Dat begreep ik absoluut niet: hoezo niet serieus nemen? Dan kom je toch nergens? Als je altijd maar meteen denkt: ach, dan niet… Nu ontdek ik dat er een ragfijn lijntje loopt tussen gedrevenheid & ontspanning en het blijkt een soort koorddansen om daarop de juiste balans te vinden – teveel naar de ene kant hangen en je stort jezelf in een verzuurd patroon van volharding – teveel naar de andere kant en je blijft je leven lang plannen roepen die tot niets leiden. Het leven is een koorddans-act waarbij diepe vreugde in het koorddansen zelf te vinden is…

Voor deze zomer – we gaan toch het land niet uit vanwege corona – gaat er een Jolanda-kajak (een Greenland T van Rebel) gekocht worden. De skin-on-frame herbouwen en voltooien we komende winter. En die bouw van 2 nieuwe exemplaren op Groenland… die gaan we niet bouwen. Ai, ai ai, wat een lange nacht is dit.

Teveel wijzertjes wezen al langere tijd op ‘doe het niet’. Maar die schoven we weg. Zo van ‘als het makkelijk was, deed iedereen het.’ En zo is het ook, alleen moet je bij het navolgen van je droomplannen wèl voortdurend eerlijk naar jezelf blijven en geregeld checken: is dit echt nog wat ik wil? Voelt dit goed? Word ik blij van dit plan? Of zet ik door omdat ik nu eenmaal A gezegd heb?

Daar aan de oever naast onze skin-on-frames werd mij glashelder: niet weer een bouwproject, ik wil avontuur, beleving, buiten-zijn. Die Groenlandse bouwweken besteed ik liever aan extra buitentijd. En Frank begreep: dat bouwen daar is – naast een machtig mooi plan – ook een immens risico. Als het mislukt, eindigen we met heel veel schuur-uren en niets tot weinig vaartijd. Jezelf en elkaar dit toegeven, onder woorden brengen, is niet makkelijk. Doet pijn. Maar lucht ook op. Want flexibel zijn geeft ruimte. Voor twee vouwkajaks! Daarmee floepen we zo de Groenlandse natuur in, zijn we volkomen onafhankelijk en die kunnen we na afloop ook weer mee naar huis nemen (voor nieuwe avonturen). Probleempje: vouw-KAJAKS? Frank was toch van de vouw-KANO? En wéér nieuwe bootjes…?! Na eindeloos zoeken, wikken en wegen, vindt Frank de volgens hem meest geschikte expeditie-vouwkajaks, geschikt voor zee: de Nortik Argo (met aluminium frame) en de Navigator (met houten frame). Zou dat in de toekomst misschien ook iets zijn voor zijn vouwkanowinkel?

Misschien… Imaaqaa.

4 Comments on SONG OF THE SEA – 03. IMAAQAA

  • Corry zegt:
    15 augustus 2020 om 22:34 uur

    Zo zie je maar weer.Gaat er ergens een deur dicht dan gaat er altijd ergens anders eentje open. Suc6

    Beantwoorden

  • Carine zegt:
    18 augustus 2020 om 08:54 uur

    Wow, die prachtige foto is inspiratie voor een breipatroon 😉 En soms moet je toch een stukkie uithalen… Het bouwen van de eigen kajak heeft je in ieder geval dichter bij het fenomeen kajak gebracht, als een verlengstuk van jezelf.

    Beantwoorden

    • Jolanda Linschooten zegt:
      18 augustus 2020 om 09:59 uur

      Hé da’s inderdaad een supermooi idee! Ik zie de trui al voor me! Met Fair Isle wol…?! En ja, uithalen en opnieuw beginnen is absoluut onderdeel van het geheel… En eigenlijk blijkt dat het zo zinvol was.

      Beantwoorden

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht