The week after…

De roes van John O’ Groats is over. Maar als ik er nog aan terugdenk… schiet ik spontaan weer in de lach. Die champagne was natuurlijk bepaald bevorderlijk voor het heerlijke zweefgevoel dat toch al bezit van je neemt als je na heel veel moeite en tijd iets voor-jezelf-bijzonders bereikt hebt. Dat intens blije gevoel stroomt met bakken door je heen. En juist dat dan samen met Frank en Herschel kunnen delen – ja ook Herschel stond van blijheid op z’n kop – was alleen al alles waard.

Langzaam, rustig aan, terug naar huis gereden (oei wat lijkt alles ineens ver, zelfs met de auto…), onderweg gekampeerd bij Glencoe en langs Loch Lomond – even nog de tijd genomen voor afscheid van de Highlands. Langs de bonnie-bonnie-banks zaten we met ons kleine glaasje Dalwhinnie de midges te trotseren en ja, alleen al daarom werd het onmiskenbaar tijd Schotland te verlaten.

Die eerste keer je eigen bed… Onbeschrijflijk. Weer wroeten in de immens groene tuin, een vuurtje in de tuin, een kanotochtje door de polder. Maar natuurlijk ook de boodschappen, de rondjes-Herschel, de trainingen weer opgepakt (ook voor IJsland moet de conditie bovengemiddeld goed zijn). En weer achter de Mac en de PC kruipen, beeld downloaden, afspraken maken. Het hoort allemaal bij thuis zijn en daarom is het goed. Al is de overgang groot. Al heb ik – zoals altijd – moeite met het tempo waarin de zaken hier thuis soms op je af stormen. Al zit ik boordevol plannen en vraagt het IJslandproject van eind juli (een nieuwe bergwandelgids) alweer om aandacht, af en toe wil ik even helemaal halt houden en teruggaan naar de dagen van Running Wild, naar Knoydart’s rough bounds (foto) en wegdromen over wat niet langer meer een droom is.

Als ik ‘s ochtends de kranten open sla, als ik sommige mensen om me heen spreek, dan lijkt ‘simpelweg alleen maar’ rennen door de natuur, 48 dagen lang, niet alleen een lichtjaar geleden maar ook bijna onmogelijk – alsof het niet gebeurd is – onmogelijk in de zin van onwaarschijnlijk dat je zo afgezonderd, zo op-jezelf, zo met-je-blik-op-oneindig durft te leven temidden van alle ellende die er immers keihard ook is. Dat zou je bijna denken. Ware het niet dat alle beelden oproepbaar blijven – op het scherm en diep vanbinnen – en daarmee groei ik als vanzelf een nanomillimeter, recht ik mijn rug en voel opnieuw hoe belangrijk en zelfs uitermate zinvol het is om zonder alteveel spullen, zonder alteveel luxe en zonder alteveel mensen een tijdlang in de natuur te zijn. Dat hoeft helemaal geen dure, verre, exotische reis te zijn naar de meest afgezonderde, hoogste of koudste plekken. Het beleven van ruige, wilde natuur kan veel dichterbij dan we denken…

Bekijk het portfolio voor een beeldselectie! Of lees de reportage in National Geographic Traveler. Een multimediapresentatie van Running Wild is in de maak. In mei 2015 zal hiervan een boek verschijnen.

 

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht