Noorderlicht Foto-tips

  • 22 januari 2014

Oké, aan de slag met fotograferen! Wat heb je behalve een fototoestel in elk geval nodig om het noorderlicht vast te leggen:

  • volle accu (liefst nog een of meer reserve-accu’s in een warme binnenzak van je donsjack)
  • statief

Kun je Aurora borealis vastleggen met je smartphone? Nee, als je de belichting niet handmatig kunt regelen (kan meestal niet). Ja, als je ingebouwde fotocamera(app) wél een Manual-stand heeft; gebruik dan dezelfde functies als voor een compactcamera en plaats hem uiteraard op een statief (gebruik een speciale statiefhouder). Verwacht er niet al teveel van, want de sensor is te klein voor serieuze kwaliteit.

Met een simpele digitale compact camera kun je zeker wel noorderlicht fotograferen, alleen minder kwalitatief (dan met een spiegelreflex). Zet je compact op M (van Manual, handmatig) en stel de optie ‘lange sluitertijd/nachtscene’ in. Zet de ISOwaarde op 800 en stel de sluitertijd in op 15 seconden. Focus op oneindig (handmatig, want in het donker zal de automaat zover niet kunnen scherpstellen). Plaats je compact op een statief en druk de zelfontspanner in (voor 2 of 10 seconden) zodat de camera niet beweegt terwijl je op de ontspanknop drukt. Varieer met de belichting, stel ook eens 30 seconden in (de maximale sluitertijd voor de meeste compactcamera’s). Verwacht ook hier niet al teveel van, want de compactcamera-sensor blijft te klein voor serieuze kwaliteit.

Met een digitale spiegelreflexcamera zijn je mogelijkheden oneindig veel groter (en de resultaten stukken beter). Dit heb je nodig:

  • Dé sleutel is een body die uitstekend met zeer hoge ISOwaarden (1600-3200) om kan gaan (dwz daarbij weinig ruis produceert), dit kun je eenvoudig vooraf testen door ‘s nachts met diverse ISOwaarden te fotograferen en bij de nabewerking op je scherm te kijken tot welke waarde de ruis nog binnen de perken blijft – ervan uitgaande dat je in RAW fotografeert en weet hoe je beelden-met-hoge-ISO-waarden dient na te bewerken. Ik werk met een Canon 5DMarkII.
  • een snelle groothoeklens. Snel betekent lensopening f/2.8 of nog sneller f/2.0 of f/1.4. Bij een fullframe-camera is 24 mm (of wijder) wenselijk (ik gebruik een Canon 16-35 mm, f/2.8 plus een 15mm fish-eye). Verwijder alle filters van de lens, dit voorkomt vignettering en de aanwezigheid van vreemde concentrische cirkels in je foto.
  • een draadontspanner (zodat je opnames maakt zonder aan de camera te zitten, zolang als je zelf wilt – desnoods een uur, al zal je dan vooral de baan van de sterren vastleggen)

Specifieke instellingen voor de spiegelreflex:

  • Stel je camera in op maximale ruisreductie. (Lange sluitertijden zorgen bij digitale camera’s altijd voor extra ruis, maar de betere DSLR body heeft een ingebouwde functie waarbij direct na zo’n opname een even lange zgn zwarte opname wordt gemaakt (met de sluiter dicht); de ruis die dan bij die zwarte opname optreedt, wordt vervolgens van de originele opname verwijderd.)
  • Fotografeer in RAW (beste kwaliteit voor nabewerking).
  • Zet de camera op Manual (handmatige belichting) met de grootst mogelijke lensopening (diafragma 2.8 of lager).
  • De scherpstelling is immens belangrijk en niet zo eenvoudig als het lijkt. Simpelweg je lens op Manual focus zetten en draaien tot het oneindig-teken voldoet helaas niet voor haarscherpe sterrennachten met Aurora (hier heb ik voorgaande jaren echt ook steken laten vallen…). Hiervoor moet je vervolgens via de zoeker de helderste planeet (niet de maan) opzoeken, deze centraal in je beeld zetten en dan met Live-view 10x vergroten voor een optimale beoordeling (als de planeet te licht is met halo’s eromheen, moet je terug in je belichting) waarbij je de scherpte met de hand fine-tunet. Zet nu Live-view uit en maak een testopname waarop je inzoomt ter beoordeling van de scherpte. Desgewenst hierna je het bewegende deel van je lens vast tapen.
  • Kies sluitertijden van 30 seconden of korter; daarbij volgt automatisch een ISOwaarde die schommelt tussen 1000-3200, afhankelijk van hoeveel nachtlicht er verder is (maan, schemering, lantaarns etc) en hoe sterk de Aurora is. Vroeger fotografeerde ik het noorderlicht met zo’n 4 minuten en een ISOwaarde van 50 (lekker weinig ruis, dus sterren in een diepzwarte hemel, zo redeneerde ik) maar dan krijg je uitgeveegde lichtbanen ipv licht-explosies (en strepen als sterren). Die licht-explosies zijn fantastisch, bovendien benader je dan meer de lichtbeweging die Aurora vaak is én als bonus krijg je een punt-heldere sterrenhemel ipv lichtvegen. (Bovenstaande foto maakte ik in Inuvik, noord-Canada, wél met een toentertijd voor mijn doen ‘korte’ sluitertijd van 46 sec, 16 mm lens, f/2.8, ISO 200; achteraf gezien had ik (gezien mijn Canon 5DMarkII body) beter twee ISOstops hoger kunnen gaan zitten (800), dan had ik het met een belichtingstijd van 12 sec afgekund! Dat had niet alleen nog meer explosie-activiteit in de Aurora-plaat gegarandeerd maar dan had ik in datzelfde tijdsbestek dus 3 opnames kunnen maken ipv 1… Niet onbelangrijk want dergelijke noorderlicht-explosies zijn uniek en meestal kort van duur…

Zo, je bent klaar met het vastleggen van Aurora borealis. Grote kans dat het midden-in-de-winternacht is… En dan nu dus snel naar bed. Denk er wel aan: verpak je camera in een plastic seallockbag voordat je de warmte ermee in gaat (zo voorkom je condens op en in je camera). Maar… na zo’n nachtje noorderlicht kun je natuurlijk niet slapen. Daarom nog dit fraaie ebook voor het slapen gaan (boordevol supermooie foto’s, achtergronden en knowhow over de fotografie; niet goedkoop maar een must-have voor wie serieus is over Noorderlicht-fotografie).

 

 

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht