MDS 2010 – Nabeschouwing

  • 15 april 2010

(Direct na afloop van de prijsuitreiking aan de telefoon) “Dit is een grote roes. Mijn olympische moment. Ik heb net twee schitterende prijzen gekregen. Voor mijn 2e plaats bij de dames en voor de 1e bij de veteranen. Maar mijn 38ste plek in het algemeen klassement zet ik daar voor mezelf ook nog bij. Organisator Patrick Bauer vertelde bij de prijsuitreiking dat er nog nooit bij de Marathon des Sables 2 vrouwen in de top 50 overall gestaan hebben. Dit is echt heel speciaal. Ik heb op het podium gezegd dat ik het een eer vond om door de woestijn te mogen rennen en heb de organisatie en Patrick in het bijzonder, bedankt voor de organisatie van dit onvoorstelbaar gave evenement.
Andries heeft veel foto`s van de prijsuitreiking voor me gemaakt en heeft net nog een koeler met een fles champagne aan laten rukken voor al onze tentgenoten. Zitten we net zo na te genieten, komt Marco Olmo langslopen (Olmo is een lopende legende en een loopidool van Jolanda. De 61-jarige Italiaan eindigde als 13e!!! – FvZ). Dus hup ik met mijn glazen bokaal en Marco Olmo op de foto. Hahaha, wie had dat ooit gedacht. Die glazen bokalen zijn trouwens wel behoorlijk zwaar, moet ik straks nog overgewicht betalen in het vliegtuig. Nou ja, eerst nog deze avond heerlijk alles over me heen laten komen.”

(Weer thuis, na interview met NHD) Weerzien met Frank en Herschel, en dan terug in eigen bed, in een fris maar groen Noord-Holland waar je op straat kunt lopen zonder heimelijk nagestaard te worden… het voelt vertrouwd en heerlijk. En toch, een stukje van me zweeft nog in de woestijn. In die verzengende hitte die eigenlijk verrassend goed aanvoelde. Bij het Bedoeïenenkamp waar meer dan duizend man onder zwarte doeken sliep en waar we elkaar elke dag weer opwachtten. Onder die waanzinnige sterrenhemel van de Sahara. Waar je soms even wakker lag en nadacht over het waarom van wat je hier kwam doen. Want in eerste instantie was de Marathon des Sables voor mij een soort Olympische Spelen: een sportieve prestatie waar ik lang en nauwgezet naartoe gewerkt heb.

Zand
Eenmaal daar werd het een unieke belevenis met de natuur, een samenspel zoals je dat bij ultralopen nou eenmaal ervaart: je geest, je lijf en de omgeving moeten op elkaar afgestemd zijn. Dan loop je licht. Dan blijf je genieten. Maar de MDS is nog zoveel meer: er is de ongelofelijke verwantschap tussen aanvankelijk vreemde mensen die ieder op eigen niveau toch aan hetzelfde deelnemen; er is de relativering van ‘wat heeft een mens meer nodig dan een goed stel benen en een paar liter water’ en er is ook de schrijnende tegenstelling tussen ons die kunnen kiezen zomaar voor de lol over het zand te rennen en hen die hun hele leven niet uit dat zand wegkomen.

Zon
Het was een onvoorstelbare belevenis, in alle opzichten, en ik heb mateloze bewondering voor degenen die er veel langer over hebben gedaan dan ik want zij liepen dus ook langer onder die brandende zon in het zand en kregen geen druppel water extra en stonden ‘s ochtends evengoed toch weer aan de start met een grote lach onder hun Saharapet.

Extreme prestaties
Ik weet zeker dat er straks weer journalisten of interviewers zullen zijn die de deelnemers van de Marathon des Sables willen afschilderen als “vreemde fanatici. Voor je lol sjok je niet over grote afstanden door de woestijn” (citaat Alkmaarsche Courant bij Beeld vd Week, zie onderaan dit artikel). Ik vind het zo triest dat ultralopen vaak afgedaan wordt als gekkenwerk voor extremisten terwijl eveneens extreme prestaties als die van Lance Armstrong wereldwijd bewonderd worden. Ik persoonlijk hoef die bewondering niet. Maar voor het ultralopen als sport zou minder vooringenomenheid en meer respect wel op zijn plaats zijn.

 

 

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht