De super-verwen-nacht en wat-dan-te-doen

Sponsors: Bergans
  • 10 januari 2016

Soms heb je mazzel. Word je gruwelijk verwend. Okay, zo is het. En ook niet. Dat wil zeggen, geluk blijft het als het noorderlicht boven je hoofd danst. Inclusief paars en inclusief de Melkweg. Maar je kunt meer beïnvloeden dan je denkt – en dat móet je ook, wil je jezelf werkelijk aan Aurora borealis toewijden. Je moet de ideale plek op de juiste tijd opzoeken (deze plek levert in juli écht geen Aurora op, al ís het er wèl). Je moet de juiste spullen mee hebben. En je moet de nodige bezieling hebben (om daarheen op dat tijdstip met die spullen te wíllen gaan). Kortom, genoeg te doen.

Als ik zo’n nacht meemaak, zo’n super-verwen-nacht dus (en dat vóel je!), dan begin ik altijd eerst als een razende alleen het noorderlicht te fotograferen, dat wil zeggen: liefst altijd wel met een ietsje omgeving erbij want dat houdt het lekker ‘aards’ bij deze toch al duizelingwekkende dimensies. (Soms is de omgeving in mijn ogen niet zo fraai, dan en alleen dán, isoleer ik uitsluitend het noorderlicht in de compositie; het mooie is dat dit geen regels zijn, maar gevoelens; want het geweldige van zo’n technisch ding als een camera is dat het via al dat licht ook een soort van gevoel vastlegt; althans, ik verkeer in de waan dat dat zo is en – alsjeblieft – láát mij daarin want het veroorzaakt nou precies dat opspringende huppeltje vanbinnen.) Maar als ik dan dus zo’n verwen-nacht meemaak, dan kan ik me vervolgens  – als de primaire platen gemaakt zijn zoals die eerdere van Aurora-‘on’ – permitteren door te schakelen. Naar reeds vooraf in diverse inmijnhoofdlaatjes opgeslagen plannen. Die bedenk je meestal niet uitsluitend ter plekke. Het kán wel, waarom niet. Nou, omdat je tijd zo beperkt is. Daarom dus niet. Je weet pas achteraf dat deze Aurora een minuutje of veertig aanhield (ja, ècht, dit had ik nog nooit meegemaakt… Meestal duurt het een minuutje of twee, drie – en ben je daarmee al meer dan overgelukkig…).

Het plan was simpel: een mens in beeld die staat te Genieten met een hoofdletter. Er was maar 1 mens voorradig daar bij Ringvassbu. Dus had ik de afstandbediening nodig. En hier komt weer zo’n handig hebbedingetje om de hoek kijken. Mijn nieuwe intervalometer. Die heb ik voor een paar tientjes aangeschaft en sindsdien kan mijn gewone draadontspanner naar het museum. Nu kan ik namelijk zoveel méér instellen dan alleen dat de sluiter open blijft zolang ik wil (Bulbstand en urenlange belichtingen, zoals bij die eerdere opname van Ringvassbu by night) maar ik kan bijvoorbeeld in dit geval de irritante 10-seconden-zelfontspanknop op mijn camera compleet negeren (in 10 seconden met mijn spekgladde slofjes naar die ijsheuvel rennen zou betekenen dat ik grote kans maakte door te schieten alsof het een springschans was) en in plaats daarvan een zelfontspantijd kiezen die ik zèlf wil, bijvoorbeeld 50 seconden, zodat ik op mijn dooie akkertje (alsjeblieft Aurora, blijf wel nog even ‘on’…) naar dat heuveltje kan slenteren. Eerst de boel nog even instellen en een testopname om te checken of het (zonder mij erbij) goed is qua belichting en scherpte. Diafragma staat nog op f/2.8 zoals bekend. Om de een of andere vage reden durf ik toch niet de hele avond door te schieten in iso 5000 (best eng, toch…?!) dus ik pak iso 2500 en dat levert me bij deze Aurora een belichtingstijd van 20 seconden op (om het volgens mij juiste histogram erbij te krijgen tenminste). (Klinkt toch weer makkelijker dan het allemaal is, want ik vertel hier niks over wat ik hiervoor eerst nog moest doen namelijk de megabelangrijke klus van het scherpstellen en dát is ‘s nachts bepaalt geen kwestie van ‘even op de automaat drukken’ – want mooie aurora en leuk selfiestandpunt maar met vage sterren en een onscherpe voorgrond is het er weer zo eentje voor je oma. Misschien ‘doen’ we dat een andere keer, dat scherpstellen uit de doeken doen, misschien ook niet en komt het tzt wel tijdens de noorderlichtfotoreis. Oeps.)

Naar het ijsheuveltje dan nu, wachten tot ik de klik hoor van dat de sluiter opengaat en dan mezelf 20 seconden ABSOLUUT dood houden. Rechtop uiteraard. Ook niet ademhalen. Tenzij je juist wel van die ademwolkjes wilt. Handige tip die ik door schade en schande pas laat ben gaan toepassen: kies hiervoor geen nacht met windkracht vier of hoger… (Tenzij je nu echt een heel album voor je oma gaat maken).

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht