Bemoedigende woorden van Egel aan Mier

Over een week is de tijd van vertrek. Van huis weggaan, al is het een vrije keus, blijft zwaar. Ik denk nu al (en onderweg straks helemaal) aan de woorden op de noodenvelop, die ik van Frank meekreeg toen ik in 48 dagen dwars door de Britse fells rende (zie ook mijn blog Running Wild).

“De mier had het koud, ze had honger en het was nog zo ver…  De mier pakte de brief die ze van de egel meegekregen had voor Hopeloze Momenten en in gedachten was de egel bij haar onder de tarp.

‘Lieve mier’, schreef de egel. Natuurlijk zijn er momenten dat je nat en koud bent. En dat het nog heel ver is en je eigenlijk niet meer weet waarom je het allemaal doet. Maar daarom moet je het juist doen.

‘Maar hoe ver is het dan nog?’ vroeg de mier.

Dat weet je niet precies. Maar de enige manier om daarachter te komen is doorgaan. Elke dag een klein stukje. En al die stukjes bij elkaar zijn dan ver. Want dieren die nooit verder gaan dan een klein eindje van hun hol, die zullen nooit weten hoe ver het is. Maar als je weet hoe ver het is, dan is het des te fijner als je weer terug komt in je eigen hol.

‘Maar ik heb het koud en ik heb honger’ zei de mier met een piepstemmetje.

Ja, natuurlijk heb je het soms koud en heb je honger. Maar als je verder gaat, dan krijg je het weer warm, dan breekt ineens de zon door en je staat op de mooiste en wildste plek waar je ooit geweest bent. En dan voel je je opeens de gelukkigste mier van de hele wereld.”

(vrij naar Toon Tellegen)

Laat een reactie achter

Velden met een * zijn verplicht